Zoeken
Evangelie volgens Marcus 14,40 - En teruggekomen vond Hij hen weer in slaap, want hun oogleden waren zwaar; ze wisten niet, wat ze hem moesten antwoorden.
Evangelie volgens Matteüs 26,43 - En teruggekomen vond Hij hen weer in slaap, want hun oogleden waren zwaar.
Wijsheid van Jezus Sirach 8,9 - Versmaad de betogen der grijsaards niet, want ook zij hebben van hun vaders geleerd: van hen zult gij begrip leren en op het juiste moment leren antwoorden.
Spreuken 6,4 - Gun uw ogen geen slaap, uw oogleden geen rust;
Nehemia 5,8 - en sprak deze als volgt toe: 'Zover het ons mogelijk was hebben wij onze joodse broeders die verkocht waren aan de heidenen, teruggekocht; maar u verkoopt uw broeders, zodat wij ze weer moeten terugkopen!' Ze zwegen en wisten niet wat te antwoorden.
Evangelie volgens Lucas 2,49 - Maar Hij antwoordde: 'Wat hebt ge toch naar Mij gezocht? Wist ge dan niet, dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn?'
Handelingen van de Apostelen 4,21 - Na hen nogmaals gedreigd te hebben, stelden zij hen in vrijheid, omdat ze, met het oog op het volk, niet wisten hoe ze hen moesten straffen, want allen verheerlijkten God om hetgeen er gebeurd was.
1 Koningen 10,3 - Maar Salomo wist het antwoord op al haar vragen; niets was voor de koning zo duister dat hij het antwoord schuldig moest blijven.
2 Kronieken 9,2 - Maar Salomo wist het antwoord op al haar vragen; niets was voor de koning zo moeilijk dat hij haar het antwoord schuldig moest blijven.
Jeremia 34,11 - Maar later waren zij op hun beslissing teruggekomen; ze hadden de slaven en de slavinnen die ze hadden vrijgelaten, gedwongen terug te keren en hen weer te dienen.
1 Koningen 14,5 - maar Jahwe had tot hem gezegd: `De vrouw van Jerobeam komt u raadplegen over haar zoon, want die is ziek. Zo en zo moet ge haar antwoorden. Ze zal zich vermomd bij u aandienen.'
Evangelie volgens Matteüs 26,40 - Toen ging hij naar zijn leerlingen en vond hen in slaap; en Hij sprak tot Petrus: “Ging het dan uw krachten te boven een uur met Mij te waken?
Evangelie volgens Lucas 22,45 - Toen stond Hij op uit zijn gebed en ging naar zijn leerlingen, maar vond hen van droefheid in slaap.
Evangelie volgens Marcus 14,37 - Toen ging Hij terug en vond hen in slaap; en Hij sprak tot Petrus: “Simon, slaapt ge? Ging het dan uw krachten te boven een uur te waken?
Psalmen 106,23 - Hij had hen, zo dreigde Hij, vernietigd, indien Mozes niet, zijn verkorene, op de bres had gestaan, Hem weerhoud end: deze wist zijn gramschap te keren, dat Hij hen niet uit heeft geroeid.
Spreuken 23,21 - want die drinkers en die eters worden arm en de slaap hult hen in lompen.
Joël 2,22 - Vreest niet, gij wilde dieren, want het groen in de steppe treedt weer te voorschijn, de boom draagt weer vruchten, de vijg en de wingerd geven weer kracht.
Tobit 5,5 - Tobias ging iemand zoeken en hij vond Rafaël; dit was een engel, maar Tobias wist dat niet. Hij vroeg hem: 'Zoudt u met mij naar Rages in Medië kunnen reizen? Bent u in die streken bekend?'
Psalmen 102,8 - ik vind de slaap niet, ik word als de vogel, eenzaam op het dak.
Evangelie volgens Matteüs 20,6 - Rond het elfde uur ging hij opnieuw uit en vond er weer anderen staan. Hij zei tot hen: Wat staat ge heel de dag werkloos?
Jeremia 51,39 - maar als ze hittig zijn, richt Ik een drinkgelag aan; Ik maak hen dronken dat ze lallen. Dan vallen ze voorgoed in slaap, om nooit meer te ontwaken - godsspraak van Jahwe -.
Ezechiël 2,5 - En of ze luisteren of niet, want het is een weerspannig volk: ze zullen erkennen dat er onder hen een profeet geweest is.
Evangelie volgens Lucas 2,10 - Maar de engel sprak tot hen: 'Vreest niet, want zie, ik verkondig u een vreugdevolle boodschap die bestemd is voor het hele volk.
Judit 8,27 - Want zoals Hij hen zwaar beproefd heeft om hun hart te keuren, zo tuchtigt Hij ook ons niet om ons te straffen; want degenen die zich tot Hem richten tuchtigt de Heer uit zorg voor hun welzijn.'
Genesis 31,35 - Ze zei tot haar vader: `Mijn heer, neem mij niet kwalijk dat ik blijf zitten, want ik ben ongesteld.' Hoe hij ook zocht, hij vond de huisgoden niet.
Jeremia 35,17 - Daarom zegt Jahwe, de God van de legerscharen, Israëls God: Ik breng over Juda en de inwoners van Jeruzalem al de rampen waarmee Ik hen bedreigd heb; want Ik heb tot hen gesproken, maar ze hebben niet geluisterd; Ik heb tot hen geroepen, maar zij hebben niet geantwoord.
Exodus 22,26 - Hij heeft niets anders om zich mee toe te dekken, het is de beschutting van zijn blote lichaam, hij moet er in slapen. Roept hij tot Mij om hulp, dan zal Ik hem verhoren, want Ik ben vol medelijden.
Jesaja 26,19 - Uw doden zullen herleven, mijn gestorven lichamen weer opstaan. Allen die slapen in het stof, zullen vol vreugde ontwaken. Want de dauw die u bedekt, is een lichtende dauw: de aarde brengt de schimmen weer tot leven.
Jesaja 14,29 - Verheug u maar niet, Filistea, omdat de stok die u sloeg gebroken is; want de slang wordt een wortel waaruit een adder voortkomt en haar vrucht wordt weer een draak met vleugels.
Handelingen van de Apostelen 4,14 - Omdat zij bovendien de genezen man bij hen zagen staan, wisten zij er niets tegen in te brengen.
Wijsheid 7,12 - Ik verheugde mij, omdat de wijsheid dat alles meebrengt: ik wist nog niet, dat zij er de moeder van is.
Jesaja 66,4 - zo zal Ik er de voorkeur aan geven, hen te kwellen en over hen brengen wat ze vrezen. Want toen Ik riep, heeft niemand geantwoord, en toen Ik sprak, heeft niemand geluisterd. Zij deden wat kwaad is in mijn ogen en gaven de voorkeur aan wat Mij mishaagt.
Handelingen van de Apostelen 23,21 - Maar geloof hen niet, want meer dan veertig van hen bereiden hem een hinderlaag en hebben zich onder ede verbonden niet te eten of te drinken, totdat zij hem gedood hebben: en nu staan ze klaar in afwachting van uw toezegging.”
Genesis 8,9 - Maar de duif vond geen plek waar haar pootjes konden rusten, en keerde bij hem terug in de ark; want het water bedekte nog heel de aardbodem. Noach stak zijn hand uit, pakte de duif en haalde ze weer bij zich in de ark.
Jesaja 26,14 - Die doden herleven niet, die schimmen staan niet meer op, want Gij hebt ze gestraft en vernietigd, elke herinnering aan hen hebt Gij doen verdwijnen.
Jesaja 65,8 - Zo spreekt Jahwe: Zolang men nog sap in een druiventros vindt, zegt men: `vernietig hem niet, want er is nog zegen in'; aldus zal Ik mijn dienaren doen: Ik zal hen niet allen vernietigen.
Genesis 18,12 - Daarom moest Sara bij zichzelf lachen, want zij dacht: `Zal ik dan nog liefde genieten, nu ik verwelkt ben en ook mijn heer al oud is?'
Genesis 40,15 - Want ik ben met geweld weggesleept uit het land van de Hebreeën, en ik heb ook hier niets misdaan, waarvoor men mij in deze kerker moest opsluiten.'
Jesaja 65,24 - Nog voor zij roepen zal Ik hen antwoorden, terwijl ze nog spreken zal Ik hen verhoren.
Evangelie volgens Lucas 2,47 - Allen die Hem hoorden, waren verbaasd over zijn begrip en zijn antwoorden.
Jeremia 7,27 - Zeg hun dat alles, luisteren zullen ze niet; roep het hun toe, antwoorden zullen ze niet.
1 Samuel 22,15 - En het was toch niet de eerste keer dat ik God voor hem raadpleegde. Integendeel! Daar om moet de koning zijn dienaar niets ten laste leggen, en mijn familie evenmin, want uw dienaar wist niet het minste of geringste van dat alles af.'
Nehemia 2,16 - De magistraten wisten niet waar ik geweest was en wat ik gedaan had, want ik had de joden nog niets verteld, noch de priesters, noch de notabelen, noch de magistraten, noch de anderen die het werk zouden moeten uitvoeren.
Evangelie volgens Johannes 17,12 - Toen Ik bij hen was, bewaarde Ik in uw Naam hen die Gij Mij hebt gegeven. Ik heb over hen gewaakt en niemand van hen is verloren gegaan, behalve de man des verderfs, want de Schrift moest vervuld worden.
Tobit 5,21 - Tobit gaf haar ten antwoord: 'Maakt je toch geen zorgen, zuster. Hij zal gezond en wel terugkomen en jouw ogen zullen hem weer zien.
Psalmen 118,18 - Zwaar getuchtigd heeft Hij mij, Jahwe, maar de dood heeft Hij van mij geweerd.
1 Samuel 20,39 - De jongen wist van niets; alleen Jonatan en David wisten waarom het ging.
Zacharias 10,8 - Ik zal hen fluiten en hen te zamenbrengen, want Ik heb hen vrijgekocht, en zij worden weer even talrijk als vroeger.
Psalmen 78,10 - Want zij hielden Gods verbond niet, weigerachtig naar zijn wet te wandelen,
1 Samuel 26,12 - David nam de lans en de waterkruik van het hoofdeinde van Saul weg en zij trokken zich terug. Niemand zag het, niemand merkte iets, niemand werd wakker; iedereen sliep door, want Jahwe had hen in een diepe slaap gedompeld.